De rechten van huurders van jaarplaatsen worden niet ondergebracht in het huurrecht. Zowel de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening als minister van Economische Zaken en Klimaat vinden dat toepassing van het huurrecht zoals voor woningen disproportioneel is voor de recreatiemarkt. Zij onderschrijven daarmee de belangrijkste conclusie uit het ‘Onderzoek Opkopen Vakantieparken’ van CELTH, Erasmus UPT en NRIT.
Aanleiding voor het onderzoek zijn twee moties die door de Tweede Kamer zijn aangenomen waarin werd opgeroepen om onderzoek te starten naar het opkopen van vakantieparken en de gevolgen daarvan voor de huurders, de impact daarvan op de omgeving en het instrumentarium van overheden.
De onderzoekers stellen in hun rapport dat vakantieparken -door het onderbrengen van de rechten van huurders van jaarplaatsen in het huurrecht- ernstig worden beperkt in de exploitatiemogelijkheden van het vakantiepark. Die beperking van mogelijkheden staat in geen verhouding tot de vele rechten die huurders nu al hebben ten aanzien van het opzeggen van het huurcontract van de jaarplaats. Bovendien blijkt uit het programma Vitale Vakantieparken overduidelijk dat vakantieparken met goed ondernemerschap, die aansluiten bij de marktbehoefte, de grootste kans hebben om vitaal te blijven. Parken waar ondernemers door huurbescherming niet kunnen herstructureren worden beperkt in hun mogelijkheden tot innovatie en aansluiting op de marktvraag.
Het volledige onderzoek leest u in onderstaande documenten.
Bron: NRIT media